1 min
Dit ervaar ik als interimmer en hoor ik regelmatig in gesprekken met collega-leidinggevenden. We hebben dezelfde uitdagingen.
Hoe vind je de juiste balans tussen het grote en het kleine?
Enerzijds de route vanaf missie, visie, het grote waarom. Anderzijds de praktische zaken: nakomen van afspraken; invloed van de context; draagvlak; het ondersteunen van collega’s.
Essentieel is te starten met een grondige analyse van de veranderopdracht.
Waar steek ik energie in, hoe maak ik interventies effectief?
Veranderbreedte. Betreft het slechts één persoon met invloed, een team? Of is het een patroon dat in de hele school of stichting zichtbaar is?
Veranderdiepte. Welke ‘orde’ van de verandering is nodig? Uitvoerend (afspraken, organiseren, helpen)? Een wezenlijk andere aanpak? Zijn de collega’s daar wel voldoende voor toegerust? Of gaat het om iemands professionele zelfbeeld?
Om de veranderdiepte goed ik kaart te brengen van de ‘diepte’ zijn de logische niveaus uit de theorieën van Bateson en Dilts behulpzaam. Bateson benadrukt het belang van de context en de invloed daarvan op de processen. Dilts leerde ons om beperkende overtuigingen te doorbreken en nieuwe denkpatronen te creëren.
De driehoek van Bateson & Dilts biedt naast het inzicht in welk niveau van verandering nodig is ook goede handvatten om goed in te schatten welke interventies er nodig zijn.
Maarten Ebbing, partner De Roo